Wijzigingen APK per 20 mei 2018 APK zware voertuigen
Breedtespiegel
De volgende bedrijfsauto’s moeten zijn voorzien van een breedtespiegel aan de rechterzijde:
Voor het vervoer van goederen bestemde bedrijfsauto’s met een toegestane maximummassa van meer dan 7.500 kg, en voor het vervoer van goederen bestemde bedrijfsauto’s met een toegestane maximummassa van meer dan 3.500 kg, in gebruik genomen na 31 december 1999.
De verplichting, bedoeld in het vijfde lid, geldt niet, indien
Een trottoirspiegel niet verplicht is.
Zijdelingse afscherming
De zijdelingse afscherming moet aanwezig zijn op een afstand van niet meer dan 15 cm binnenwaarts ten opzichte van het breedste punt van het voertuig
Zijdelingse afscherming mag maximaal 150 mm naar binnen gemonteerd zijn, was 120 mm
Onvlakheid koppelingsplaat
Maximale onvlakheid koppelingsplaat oplegger wordt verruimd van 3,5 mm naar 5 mm
De plaat van de opleggerkoppeling mag niet in ernstige mate zijn vervormd of ingesleten. Indien de oplegger is voorzien van een koppelingspen van 2 inch of 3,5 inch, mag binnen een straal van 0,45 mgemeten vanuit het hart van de koppelingspen, de onvlakheid van de koppelingsplaat niet meer dan 5 mm bedragen.
Kopstraal
Grootste straal vooroverbouw.
Onderdelen die niet meetellen voor maximale lengte/breedte worden ook bij de maximale vooroverbouw uitgezonderd
Parkeerrem op hef as bij aanhangwagen
Parkeerrem aanhangwagen mag op een hef as als deze as automatisch zakt bij het afkoppelen
Waarschuwingsinrichting
De waarschuwingsinrichting (uit het lijstje) van personenauto’s en bedrijfsauto’s mogen geen defect aangeven. Als bij motorvoertuigen in gebruik genomen vóór 1 januari 2018 de waarschuwingsinrichting (optisch of akoestisch) een defect aangeeft moet u dit als reparatieadviespunt aangeven, bij een bouwjaar van na 31-12-2017 moet dit worden afgekeurd.
Enkel als één van de genoemde (uit het lijstje) veiligheidssystemen een defect aangeeft, wordt afhankelijk van de datum dit als een reparatieadviespunt of als afkeurpunt aangegeven
Let speciaal op de gewijzigde regels bij ABS(dit was voor 20-5-2018 anders)
Het waarschuwingssysteem ABS mag vanaf 1-1-2018 geen defect aangeven, dan is dit afkeur. Bij twijfel mag je wel nog een rijproef doen. Voor 1-1-2018 is dit geen afkeur meer, maar een reparatieadviespunt RA6!!
Overmatige Vloeistoflekkage
RA2 – vloeistoflekkage
Onderdelen van motorvoertuigen en aanhangwagens in gebruik genomen vóór 1 januari 2018 (geen onderdelen van het brandstofsysteem, het remsysteem, de stuurinrichting of het veersysteem) die met uitzondering van water, overmatige vloeistoflekkage hebben, moet u als reparatieadviespunt aangeven
Let op dat bij RA2 dat waterlekkage of ruitensproeiervloeistof is uitgezonderd en mogen dus wel lekken zonder RA2 code. Betreft vloeistoffen waar geen keuringseisen voor zijn
Aanwezigheid roetfilter
Indien in het raadpleegscherm een “JA” staat bij roetfilter verplicht dan moet deze aanwezig zijn en mag niet duidelijk defect zijn.
Het roetfilter mag bijvoorbeeld niet helemaal ingedeukt zijn. (Slijp- en lassporen zijn geen reden tot afkeur)
Parkeerrem vertraging
Artikel 5.*.39 remvertraging parkeerrem
Voertuigen met Datum Eerste Toelating vanaf 1-1-2018 dienen voor de parkeerrem een vertraging te halen van 1,6 m/s2
De helling van 16% bij een handrem is komen te vervallen
Bevestiging bovenbouw
Artikel 5.3.4 bovenbouw
Bovenbouw niet alleen op deugdelijkheid beoordelen, maar ook met roestschadegradatie
De bovenbouw van bedrijfsauto’s moet deugdelijkop het onderstel zijn bevestigd.
Indien sprake is van corrosie, is het bepaalde in Aanvullende permanente eisen, hoofdstuk 1, titel 2, afdelingen 1, 2 en 3, van toepassing.
Ontbreken van glazen van lichtarmaturen
Artikel 5.*.55 werking en toestand verplichte lichten en retroreflectoren
De glazen van lichtarmaturen mogen NIET zijn verwijderd.
Geldt voor verplichte, maar ook voor toegestane verlichting
Van fabriekswege aangebrachte verlichting
Opmeten of toepassen van de 60% regel (of 75mm) is NIET van toepassing/hoeft NIET toegepast te worden op van fabriekswege aangebrachte verlichting.
De verlichting die van fabriekswege is aangebracht wordt geacht aan de APK eisen te voldoen.
Dit is dus altijd toegestaan.
Standkachel LPG installatie
Op een LPG installatie mag je vanaf 20 mei 2018 een verwarmingsinstallatie t.b.v. van de personenruimte of bagageruimte aansluiten (standkachel).
Bij CNG mocht dit al en bij LNG mag dit ook.
Afstelling mistlichten voor controlepunt APK
Als de mistlichten voor werken (toegestane lichten) moeten deze goed zijn afgesteld. Dit betekent minimaal 0 mm/m daling ten opzichte van het midden van het mistvoorlicht
Geen controle meer met meer met zeepsop of een gaslekspray
Van af 20 mei 2018 moet bij de APK keuring gaslekkage gecontroleerd worden met een apparaat
Gaslekkage bij LPG, CNG en LNG moet worden opgespoord met een apparaat, dat mag ook met een 4-gastester, maar NIET meer met zeepsop of een gaslekspray
Maximale roetuitstoot 0,7 K zijn voor zowel natuurlijke aanzuiging als turbo motoren
- Bij voertuigen met een Datum Eerste Toelating vanaf 1-1-2018 mag de K-waarde bij een roetmeting max 0,7 K zijn voor zowel natuurlijke aanzuiging als turbo motoren
- Dat je een hogere K-waarde mag hanteren indien dit in het raadpleegscherm staat vermeld is komen te vervallen.
- Dit mag dus per 20 mei 2018 NIET meer
Rem vloeistofreservoirs moet zijn afgesloten met een passende dop.
Bij CNG installatie is LNG toegevoegd. Eisen zijn gelijk aan CNG
Bij een CNG en LNG dus ook hoeft de afsluiter op de tank NIET meer gecontroleerd te worden (magneetklep)
De vulaansluiting moet bij CNG en LNG aan de buitenzijde OF in de motorruimte zijn geplaatst (dit is GEEN typefout!!!)
Rem vloeistofreservoirs moet zijn afgesloten met een passende dop.
Artikel 5.*.32 remvloeistofreservoir
1. In de reservoirs van het hydraulisch remsysteem moet voldoende remvloeistof aanwezig zijn.
2. De vulopening van de reservoirs, bedoeld in het eerste lid, moet zijn afgesloten met een passendedop.
Visuele controle, waarbij het remvloeistofniveau zich niet onder de minimumaanduiding mag bevinden en de vulopening van de reservoirs
Controle van de lift, oprijplaten is komen te vervallen
Controle van de lift, oprijplaten en andere middelen voor het plaatsen van rolstoelen bij “Taxi, zie goedkeurigsdocument” is komen te vervallen
Geen hydraulische functies actief zijn
Afdeling 1B. Algemene bepalingen wijze van keuren
Artikel 5.1b.1 milieu
Met betrekking tot de in dit hoofdstuk opgenomen eisen en de wijze van keuren daarvan, wordt verstaan onder:
a. bedrijfstemperatuur: temperatuur van een motor na ongeveer vijftien minuten functioneren onder normalebedrijfsomstandigheden;
b. stationair toerental: toerental van de draaiende motor, waarbij
- de koudstartinrichting of het handgas niet is ingeschakeld;
- het gaspedaal of het handgas en het koppelingspedaal in ruststand zijn
- de keuzehendel van de versnellingsbak in de neutrale stand staat bij een niet- of halfautomatische versnellingsbak dan wel in de parkeerstand of in de neutrale stand bij een volautomatische versnellingsbak
- lampen en andere stroomverbruikers niet zijn ingeschakeld, met uitzondering van lampen die bij het starten automatisch gaan branden; en
- geen hydraulische functies actief zijn; (gewijzigd per 20 mei 2018)
Verlichte transparanten geen controlepunt meer
Artikel 5.*.57a zwaai-, flits- of knipperlichten
Personenauto’s en bedrijfswagens als bedoeld in artikel 41a van het RVV 1990, mogen zijn voorzien van verlichte transparanten die afzonderlijk zijn geschakeld en niet langer of breder zijn dan het betreffende voertuig.
Aan deze eis wordt niet getoetst tijdens de periodieke keuring ten behoeve van de afgifte van een keuringsrapport.
Eisen voor verlichte transparanten (taxi, ambulanceborden en reclameborden) zijn GEEN controlepunt voor de APK